Versinox. De norm in RVS buizen

Zekerheid bij certificeringen vanzelfsprekend?

bananenschil uitglijder

Niet zelden worden we geconfronteerd met berichten over voedselschandalen. Door de omvangrijke internationale handel in voedingsmiddelen zijn recalls per definitie een ingrijpend en kostbaar fenomeen, en dan praten we nog niet over de afbreuk van imago…

Installaties, die bijvoorbeeld  gebruikt worden binnen de melkindustrie, bevatten vaak veel RVS buizen. Welk risico kunnen deze buizen vormen voor de voedselveiligheid? En op welke manier kunnen deze risico’s zoveel mogelijk beperkt worden? Natuurlijk zijn er de nodige normen voor RVS buizen, maar hoeveel zekerheid bieden die? Dekken die daadwerkelijk de risico’s af?

Wat zegt de norm?

In de praktijk worden nog vaak RVS buizen gebruikt waarvan de inwendige lasnaad ervoor zorgt dat er 3 tot 4 maal per dag gereinigd moet worden. Door de ruwheid van die lasnaad is dat nu eenmaal noodzakelijk; hoe ruwer, hoe vaker er gespoeld moet worden. Maar hoe meer er gereinigd wordt, hoe sneller de RVS buis wordt aangetast door corrosie. En aangezien installaties wel enkele decennia mee moeten gaan is tussentijdse vervanging van de buizen vaak noodzakelijk om risico’s te vermijden.

De voorgeschreven normen zeggen echter niks om dit fenomeen te voorkomen, terwijl een inwendig gladdere buis op dit thema een behoorlijke verbetering kan opleveren! En de stilstand voor het reinigen die hiermee wordt voorkomen kan het prijsverschil vaak ruimschoots goedmaken…

Leiden de normen dan niet tot schijnzekerheid?

Ad Cleijsen

Foto Ad CleijsenWe gaan hierover in gesprek met Ad Cleijsen van Buro Cleijsen. Buro Cleijsen is reeds 20 jaar actief in de certificeringen. Met Buro Cleijsen adviseert en begeleidt Ad het bedrijfsleven en organisaties bij het leren omgaan met relevante wet- en regelgeving en het opzetten, implementeren en vereenvoudigen van certificeerbare managementsystemen. Als geen ander kent hij de wereld van risicobeheersing bij voedselveiligheid in bedrijven die op enigerlei wijze voedsel produceren, verhandelen en opslaan.

De normen zijn niet scherp genoeg

Ad Cleijsen windt er niet graag doekjes om. Ook niet als we hem dit fenomeen voorleggen. “Kwaliteitsmanagement en voedselveiligheid slaan momenteel echt helemaal door” betoogt hij. “Er wordt overvraagd en je dient je af te vragen of dit toegevoegde waarde heeft of enkel de adviseur dient. Productspecificaties en informatie moeten zinvol en relevant zijn en niet leiden tot aanvullende vragen.” Volgens Ad zie je steeds vaker dat allerlei systemen worden opgetuigd door mensen die te weinig praktijk hebben gezien. “Het vertrouwen in de kennis en kunde van de specialist moet terug.” Hij vraagt zich daarom af op basis waarvan RVS buizen genormeerd en gespecificeerd worden en welke garanties er dan kunnen worden afgegeven, want de normen laten volgens hem ogenschijnlijk veel ruimte aan de buisleverancier.

“En ter beoordeling van wie wordt er dan geleverd? En is wat je krijgt dan ook hetgeen wat je wilde?”

Pieter Verschuuren, directeur van Versinox: “Wat we vaak in de praktijk zien is dat de gebruikte normen veel ruimte en discussie toelaten qua lasmethodes of oppervlaktegesteldheid (bijvoorbeeld blankgloeien of beitsen, al dan niet van binnen en buiten), ruwheidsmeting en toleranties. Hierdoor kan de eindklant de verschillende offertes, waarin rvs buizen verwerkt zitten, niet goed vergelijken. Hij weet niet precies weet wat hij krijgt…!  Er worden daarom in samenspraak met de klant vaak nog aanvullende specificaties vastgesteld m.b.t. oppervlaktegesteldheid, toleranties op wanddikte, ovaliteit, etc. Die doen veel meer recht aan de klantwens dan alleen de gevraagde norm. En dat alle gangbare normen in Europa mede opgesteld worden door de buisproducenten is zeker geen garantie voor een goed product. Maar klanten denken al snel dat het wel goed zal zitten omdat het in de norm staat…”

Pieter-Verschuuren en Ad-Cleijsen
Pieter Verschuuren en Ad Cleijsen

Conformiteitsverklaring

“En welke garanties kun je dan afgeven?” vraagt Ad Cleijsen zich af. “Hier komt het aan op onze ervaring en inzichten” legt Pieter Verschuuren uit. “Voor die toepassingen waar de norm niet voldoet, durven wij garanties af te geven voor de aanvullende specificaties die we adviseren. Zoals in het voorbeeld van de lasergelaste buizen die ook voor melkindamperbuizen gebruikt worden. Er staat niets in de zuivelnormen dat men tijdens de productie hiervan de lasvonken niet altijd kan opvangen. Deze vonken kunnen in de buis vallen en geven dan  problemen met de inwendige ruwheid, zoals bacterie-aangroei. Wij adviseren dan soms liever een Tig-gelaste buis. Door een lagere lassnelheid is deze buis dan vrij van putvorming. De buis is door de lagere productiesnelheid wel  fractioneel duurder, maar je voorkomt op de lange termijn serieuze problemen en kosten”, aldus Pieter. “Versinox geeft hiervoor zelfs graag conformiteitsverklaringen af.”

“En als je dan beseft dat de helft van de wereld gebruik maakt van de standaard buizen, dan is het een wonder dat er niet meer voedselschandalen zijn. En ja, dat geldt zeker ook voor producten die bij ons in West-Europa op de markt zijn” merken Ad en Pieter tenslotte gezamenlijk op…

Voedselveiligheid: wat zijn eigenlijk de risico’s?

“Schaalvergroting bij levensmiddelen heeft niet alleen maar goeds gebracht” begint Ad Cleijsen. “Natuurlijk heeft het ervoor gezorgd dat de prijzen zijn gedaald, maar dat is maar een deel van het verhaal.” Hij geeft het voorbeeld van de bakker die vroeger bij hem om de hoek zat. “Die bakte het brood voor 700 klanten die hij kende. En zijn klanten kende hem. Nu bakt een industriële bakker zomaar 700.000 broden voor klanten die hij niet kent. “Met die schaalgrootte komt ook een verantwoordelijkheid die toeneemt.”

“Want de klanten moeten er maar van uitgaan dat de voedselveiligheid op orde is.” Hij gaat verder: “maar de mensen zijn tegenwoordig toch wat voorzichtiger en kieskeuriger geworden”. Volgens Ad is de huidige ontwikkeling naar kleinschalige producenten daarom zo goed te verklaren. “Het zijn weer echte mensen van wie je koopt en je hebt een aanspreekpunt als er iets niet goed is. En die kleine ondernemers voelen zich daarom ook heel verantwoordelijk om de kwaliteit goed te controleren, en doen dat ook op basis van praktische uitgangspunten.”

Ad Cleijsen legt aan de hand van een voorbeeld uit hoe de ongevallenpiramide werkt bij risicobeheersing in onze voedselverwerking.

veiligheidspiramide voedselveiligheidAls er een incident zou optreden waarbij potentieel 1 mogelijke dode zou vallen, dan zijn er daarvoor 10 mensen op de Intensive Care terecht gekomen. Hiervoor belanden er 100 in het ziekenhuis en zo verder. Omdat Versinox met zijn adviezen bijdraagt aan de risicobeheersing van bv 10% onderin de piramide, betekent dat hoger in de piramide ook telkens een factor 10 minder. En uiteindelijk leidt dat dus tot 1 dode minder en maar 1 op de Intensive Care.

 

Gevarenanalyse bij voedselveiligheid

Door de risicobeheersing die Versinox onderin de piramide bereikt zijn er minder inspecties nodig, zijn er minder problemen en is er minder risico. Er kunnen Critical Control Points (CCP’s) uit de organisatie gehaald worden! Iets wat de meeste spelers binnen de voedingsmiddelenindustrie zich wellicht niet realiseren, is dat Versinox zo een bijdrage kan leveren bij de gevarenanalyse bij levensmiddelenfabrikanten.


Deel dit artikel op:

Nieuwsbrief

Schrijf je hier in voor onze nieuwsbrief

Contactgegevens:

  • Slibbroek 46a
  • 5081 NS  Hilvarenbeek
  • T: +31(0)13 5308410
  • E: info@versinox.nl

Volg ons op: